donderdag 3 juli 2014

Varen over de Lek

211. Lek2: Hagestein - Ameide at EveryTrail


Een wandeling met veel Lekdijk en dus veel uitzichten. We beginnen bij de Eversteinse recreatieplas. De plas herinnert aan het gelijknamige kasteel wat begin 15de eeuw volledig is verwoest en waar geen spoor van is terug te vinden anders dan in de boeken. 
We komen aan op de dijk bij de stuw van Hagestein. Het toch wel modern ogende complex (een fietser dacht dat het nieuw was!) dateert van 1958. Het stuwencomplex van de Lek bestaat uit drie stuks (Amerongen, Driel en Hagestein) en dient ervoor om bij afwijkend watertij de Lek op redelijke hoogte te houden. Het liefst moeten de stuwen (halve bogen) open, zodat de schepen er ongehinderd door kunnen, ander moet er worden geschut in het sluizencomplex ernaast. Interessant is de vistrap waar je hier tegenaan kijkt. In stapjes van 10cm kun je, als je geduld hebt, de beesten omhoog zien springen.
We  naderen het punt waar het grote Lekkanaal uit Vreeswijk in de Lek stroomt. Dat gebeurt via de Beatrixsluizen. Het is een afsplitsing van het Amsterdam Rijnkanaal, om een afsnijder te hebben naar de Lek tussen Rotterdam en Amsterdam. Net voor Vianen passeren we het zuidelijke Merwedekanaal. Het heette vroeger Zederikkanaal en was van huis uit de trekvaart tussen Vianen en Gorinchem. Het is een typisch 19de eeuwse breedte, te smal, maar toch nog breed genoeg voor plezier en kleine binnenvaart. Een groter kanaal is er (gelukkig) nooit gekomen, het is landelijk gebleven. 
Eenmaal over het Merwedekanaal, zijn we in in Vianen, de stad van de Brederodes. Zoals alle stadjes langs de Lek, werd ook Vianen na 1122 belangrijk, zeker ook omdat de Vaartse Rijn er was bij gegraven om Utrecht met zijn achterland te blijven verbinden. De Brederodes stierven uit en Vianen werd Duits (Lippes) en daarmee was het ook weer zo'n vrijstaatje aan de Lek wat in 1795 Hollands werd. Het lijkt daarmee erg veel op Culemborg, maar Vianen was toen wat kleinschaliger. Nu ligt het aan verkeersknooppunten en is het een forensen stad, maar Culemborg is groter.
We varen over naar Vreeswijk, dat aan de splitsing van de Oude IJssel maar ook de Vaartse (Keulse) Rijn ligt. De Oude Sluizen zijn er nog steeds, maar Vreeswijk heeft weinig ouds meer over. Het heet nu Nieuwegein Zuid en is een voorstad van Utrecht geworden. Omdat Vreeswijk aan een waterknooppunt ligt, is hier destijds een schippersschool gesticht. De dagen van huis zijnde schipper echtparen konden hier hun kroost kwijt voor een goede opvoeding. 
Vanaf Vreeswijk lopen we onder de bruggen door over de Lek. De oude boogbrug van 1936 en ligt er werkeloos bij. De kwestie is nu of hij moet worden gesloopt of dat hij mag blijven, want die boog is toch wel heel karakteristiek voor het landschap. De hoogste colleges bemoeien er zich inmiddels mee.
Vanaf de oude IJsseldam bij Klaphek wordt het rustig lopen We passeren Klein Scheveningen (te groot natuurlijk) en wandelen daarna door prachtige uiterwaarden (wel wat prikkeldraad dus) langs Jaarsveld en varen naar Ameide, het eerste kerkdorp van de Alblasserwaard.
Toch mooi dat er steeds meer veerbootjes de noord en zuidoevers van de Lek verbinden. Vaak alleen in de zomer, maar toch mooi dat veel vrijwilligers zich inzetten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten